De Openbaring

Een gezellige GDI openbaring

Rode Loper

Op een zonnige donderdagavond werd de rode loper uitgelegd in Noord-Scharwoude aan het Geoffrey Donaldson instituut. Dit voor een Nederlandse coronafilm die hier een van de premières mocht beleven. Directeur van het instituut, Egbert Barten, liet de cava rijkelijk vloeien. Op de generiek prijkt dan ook zijn naam. Als associate producer investeerde hij mee in de film en gaf het zo een belangrijk duwtje in de rug.

Aanwezig waren een vlot toelichtende producent Jan Doense en een immer sympathieke Viktor Löw, die na de film nog vertelde hoe dit verhaal al jaren in zijn hoofd zat en nu pas tot zijn volle recht kon komen.

Egbert Barten, Victor Löw en Jan Doense (Foto: Marjolein Ansink)

Coronahorror

De openbaring is een Nederlandse horrorfilm, zonder dat de horror te expliciet wordt. De spanning zit vooral onderhuids. Het gaat dan ook over een alleenstaande man die bij het begin van de coronapandemie beslist om bij zijn moeder te gaan wonen. Stilaan ontpopt hij zich tot een overbeschermende zoon. Net dat maakt het zo gruwelijk. Je herkent zaken vanuit de angst om het coronavirus en alle bijhorende vreemde situaties en zorgen, tegelijk loopt dit onder invloed van alle mogelijke theorieën en een raadselachtige internetpredikant zwaar uit de hand. Gelukkig kan er ook af en toe gelachen worden; wanneer blijkt dat de slagroom niet bij de aan de deur geleverde bestelling zit, en appeltaart zonder slagroom echt niet kan in Nederland, besluit Jacob zijn leven te riskeren en naar de supermarkt te gaan.

Je kan je al snel perfect inleven en wordt zo meegenomen in de groeiende waanzin. Misschien net iets te herkenbaar omdat corona en de daarbij horende paranoia nog te dicht (letterlijk) op onze huid zit.

Op het einde gaat het hoofdpersonage er zo ver in mee dat je afhaakt, maar doordat het (soms wat expliciet) opgebouwd wordt geloof je het nog wel. Ook het claustrofobisch gevoel van een lockdown komt goed tot zijn recht door de vele close shots en het wat klein ouderwets aandoende huisje waarin het zich afspeelt.

Topacteurs

Groot pluspunt van deze prent is wel het acteren en de keuze om net die locaties heel beperkt te houden (wat wel moest in coronatijden). De drie belangrijkste personages dragen de film en het verhaal. Viktor Löw als Jacob die zijn moeder wil helpen, Leny Breederveld als de moeder die het met lede ogen aanschouwt en Monic Hendrickx is de zus die maar niet op bezoek mag komen.


Zij brengen dit heel overtuigend, ook al denk je soms: moeder ga naar buiten, laat die gekke zoon van je nu, sluip desnoods ’s nachts dat huis uit. Maar ze blijft, uit medelijden, hij denkt haar te beschermen, terwijl zij eigenlijk hem beschermt. En ja, die Viktor, wat een pracht van een rol, hij speelt het alsof het niets is, alsof hij de man zelf door en door kent. Dankzij hem blijf je gefascineerd kijken: hij is grappig, tragisch en eng tegelijk.

Het verhaal lag trouwens al meer dan 15 jaar op de planken en is gebaseerd op een waargebeurd verhaal over een man die zijn moeder op gruwelijke wijze vermoordt. Door het hele coronagebeuren was het nu voor acteur en bezieler Viktor Löw en de sympathiek volhoudende Jan Doense de kans om dit verhaal een kader te geven waarin de sluipende waanzin van de man verteld kon worden. Horrorregisseur Chris W.Mitchell werd aangesproken om het scenario te verfilmen en maakte er – plots in een stroomversnelling omwille van de actuele problematiek – een degelijke prent van.

Moeilijke timing

Enige gevoel is dat de afwerking beter kan. Dat is wellicht een van de gevolgen van het low budget gegeven en de spurt naar timing. Nu ziet het er teveel uit als een goed gemaakte televisiefilm. De geluidsafwerking (balans in geluid en overgangen) mocht meer aandacht krijgen en de colour grading valt soms uit de toon. Aansluitend heeft dit ook te maken met de belichting. Althans in de versie zoals ik ze hier zag. Soms past het perfect: een mistroostig beeld van Jacob in de zetel, achter de computer of aan het scrabbelen met zijn moeder of is het bewust overbelicht, maar over het algemeen viel me een teveel aan licht en een te weinig aan contrast op in een duister bedoelde prent.
 
Ook de nieuwsitems verwijzend naar de echte toestanden ertussen met flitsende beelden leidden me af, dit had evengoed in de achtergrond op televisie kunnen getoond worden, met stemmen in voice over terwijl moeder bezig is met een taart en zoon vastgekluisterd toekijkt. 

En wanneer toon je nu zo’n film? Wie wil op dit moment zien hoe eng al dat gedoe rond corona was? Tegelijk kon het niet vertoond worden in volle crisis, want toen waren er teveel beperkingen en anderzijds was het net dan superactueel, dat terwijl nu de storm is gaan liggen. Een moeilijk moment lijkt me. Ik denk dat de film wel op lange termijn meer publiek zal bereiken, als pas echt duidelijk de crisis is verwerkt en we kunnen inschatten hoe realistisch en grimmig sommige scènes wel echt zijn.

Blijf nog even

De film blijft nog nazinderen: in het begin grappig en herkenbaar van “och ja, gelukkig moet dat niet meer” met shots die knipogen naar andere horrorgenres, zoals een Jack Nickolson in The Shining, en naarmate het verhaal vordert evolueert het naar een apocalyptische en cynische eindscène.

Vast staat, te horen na de bespreking met producenten en acteur, dat deze ploeg er hart en ziel in stak. Een prent met sterk acteerwerk gemaakt in een erg moeilijke filmperiode, waar we helaas nog steeds van moeten bekomen.

Advertentie
%d bloggers liken dit:
search previous next tag category expand menu location phone mail time cart zoom edit close