Een poëtisch hoogstandje van de Belgische choreograaf en regisseur Wim Vandekeybus. Een film die zich afspeelt in Boedapest met een crew uit België, Roemenië en Hongarije. Internationaal en voelt aan als universeel.
Een verhaal over een vrouw en een man en hun keuzes die tot noodlottige situaties leiden. Knap gespeeld door de niet alledaagse schoonheid Natalie Broods, als Sarah, en de Engelse acteur Jerry Killick, als Sam. Nathalie als getormenteerde verpleegster en Jerry als ‘petshopeigenaar’ die ’s avonds ook radio DJ is en je met een warme stem, als een originele voice-over, over enkele beelden heen begeleidt in zijn wereld. Een film die rock’n’roll ademt in een beeldenchoreografie doorspekt met een sterke soundtrack waarin we muziek herkennen van Mauro Pawlowski, Dans Dans en Marc Ribot.
Het verhaal vertelt hoe dat enkele dramatische keuzes van de personages het leven van iedereen rondom hen beïnvloedt. Keuzes waarbij twee kinderen, tweelingen, van bij de geboorte elkaar missen en elk een eigen leven leiden. De verpleegster die kinderen wil en eentje steelt van een tweeling. En de man die er geen wil en wel eens een scheve schaats rijdt wanneer hij dieren ophaalt. Met als gevolg twee verloren zielen die los van elkaar tieners worden; de in de middenklasse opgroeiende Racha en de op straat opgroeiende Pancho.
En zoals steeds heeft alles zijn consequenties en is het in dit verhaal mooi om te volgen hoe dit naar het einde toe samenvalt, zacht en tegelijk genadeloos hard. Ook al komt het scenario soms wat te los over, alsof het snel en impulsief geschreven is en de dialogen van de straat zijn geplukt. Misschien het enige minpuntje. Deze film is in de eerste plaats een verhaal met beelden verteld en daar slaagt de regisseur duidelijk in. Dit met behulp van een uitstekende Hongaarse cameraman en director of photography (DOP), Gábor Szabó.
Vooral het voortdurend bewegen (zowel van het beeld als in het beeld) en de rusteloze cadrages die als galloping minds de onrust beklemtonen maken het tot een mooi document om naar te kijken. De straatjongens, waarvan sommigen effectief uit weeshuizen komen, komen levensecht over en maken samen met de dieren een belangrijk deel uit van de film.
Af en toe zijn de beelden doorspekt met symboliek; tweelingkinderen die even jong blijven en opduiken voor haar ogen, de hond, de paarden. Het stoort mij niet, in tegendeel dat vind ik mooi, dat mag zelfs nog meer in films. Symboliek is als poëzie, veel vertellen met weinig woorden in een sterk beeld.
Op elke filmacademie vertellen ze je maar al te graag dat je, zeker in je eerste films, best dieren en kinderen vermijdt. Te lastig om mee te werken. Dit deed de regisseur hier wel, en op een goede manier. Alles lijkt puur en komt geloofwaardig over, zelfs de haast surrealistische scènes met de paarden..
Vooral het beeld van de paarden die uit de zee komen en de jongeren die hen omarmen en als ervaren paardenmenners door de straten van Boedapest draven blijven bij. Ook de dansscène van het personage Sam is als een plaatje dat onheil voorspelt. Mooi, krachtig, menselijk en tragisch tegelijk. Als één langgerekt gedicht.
Een Belgische film? Neen, gewoon, cinema. Vergeet dus niet dit ogenschijnlijk weinig vertoonde en snel voorbijgedreven pareltje te ontdekken. Het is het zeker waard.