Back to Black

Afgelopen weekend dook ik onder in Camden Town om een klein beetje een Amy Winehouse gevoel te krijgen voor ik de film over haar leven ging zien.

Maar net zoals de film hield ik het braafjes. Ik gebruikte geen drugs, ik snoof wel de wiet in de straten en dronk een Camden’s Hell en Guinness. Maar dat was het dan ook, ik moest zien dat ik nog in de bioscoop geraakte op Leicester Square. Dat terwijl ik aan de toog zat in Hawley Arms, de bar waar Amy regelmatig kwam. Ik nam er niet haar favoriete drankje, Rickstasy: dat bestaat uit wodka, bananenlikeur, Southern Comfort en Baileys. Met van die zoete drankjes kan men mij niet blij maken. Jammer genoeg was de film ook zeemzoet.

De beleving vooraf

Ik had na het slenteren in het overdrukke Camden, het rondhangen in haar bar en buurt als een famous dead people stalker een beetje moeite om te kiezen in welke filmzaal ik “Back to Black” zou gaan zien. Ik wilde gaan kijken in een van de zalen waar ook de grote premières doorgaan en de rode lopers klaarliggen.

In de Odeon speelden ze het in de grootste zaal, waar er nog ontzettend veel vrije plaatsen waren. Daarbovenop betaal je er schandalig veel voor de beste plekjes, waardoor je drie prijscategorieën hebt, je zou kunnen zeggen van eerste tot derde klasse. Niet mijn ding.

Ik koos voor de Empire – Cineworld. De film draaide er in een kleinere zaal met de nog herkenbare prijs van 17,5 pond. Ik wilde tussen het volk zitten, en dat hoeft geen grote zaal te zijn, als het geluid maar goed is.

Dat was een serieuze misrekening. Het geluid stond slecht afgesteld, barstte uit vanachter het scherm zelf, in schelle hoge tonen en met weinig bas. De reclame stond loeihard en duurde een half uur. Maar vooral dat geluid, mijn oren tuitten, mijn brein stond op ontploffen, dus ik ging na enkele trailers klagen. Bij de ticketcontroleurs, stond een oudere man in maatpak, wellicht de manager. Ik sprak hem hierover aan, waarna hij aangaf dat ze het materiaal zo krijgen met een aan te raden code naar geluid toe, en dat de hoofdfilm stiller zou zijn afgesteld. Ik zei hem, in Limburgs geërgerd Engels accent, dat ik meteen terug zou komen, moest dat niet zo zijn.

Toen de film uiteindelijk begon, klonk het nog altijd slecht, maar het was minder luid, het is dan ook een dramafilm in plaats van een actiefilm.

Ik bleef zenuwachtig heen en weer schuiven, zou ik blijven of niet? Ja, omdat ik het verfilmde verhaal wilde zien, als liefhebber van haar muziek en omdat ik net mijn een eigen Amy Winehouse toer had gedaan; ik kon het mezelf niet aandoen dit nu te missen.

De film

In het begin is het de traditionele formule van: ik hou van muziek, ik schrijf een liedje, ik word beroemd, oei het gaat slecht, ik kruip eruit en uiteindelijk ga ik dood.

Een bekend patroon dat je in bijna elke muzikale biopic ziet. Maar, is het zoals het rauwe en eigenzinnige dat haar leven had of is het opgekuist?

Het was dat laatste. Heel erg opgeschoond en geromantiseerd. In dit geval is de vader echt wel een goede, lieve vaderfiguur. Is het liefje, Blake, genuanceerder dan dat we in de pers gezien hebben. Hij brengt haar op het slechte pad, maar ze was al op het slechte pad. Want ze dronk haar emoties weg, als ze die niet kwijt kon in haar muziek. Dat ze zulk een zware vorm van escapisme had, brengt de regisseur, Sam Taylor-Johnson, die aangeeft dat ze zelf een vriendin was van haar, wel duidelijk in beeld. Het verhaal gaat dan ook over haar opkomst tot artieste, haar escapisme in drank, en de destructieve relatie met haar grote liefde Blake en het circus daarrond die de paparazzi ervan maken. Scènes waaraan dan vele van haar liedjes gekoppeld zijn, zodat we goed weten waar de liedjes over gaan.

Gelukkig was er het sterke acteerwerk en de songs die me meezogen en gekluisterd hielden in die filmzetel. Een heerlijke soundtrack gemaakt door Nick Cave en Warren Ellis. Of het geluid nu goed of slecht afgesteld was, het zijn prachtige nummers. Deze soundtrack staat nu al in mijn Spotify bibliotheek.

I’m not a fucking spice girl
(zegt Amy tegen haar manager)

De actrice die haar speelt, Marisa Abela, gaat er helemaal voor, maakt de dialogen ‘sappig’ en geeft haar dat kleine beetje waarachtigheid, ook zingt zij de verschillende life gebrachte liedjes zelf, natuurlijk niet met dezelfde rauwheid en soul als Amy, maar toch erg goed.

Marisa Abela Photo by Courtesy of Dean Rogers © 2024 Focus Features, LLC.

Jack O’Connel speelt Blake op een jongensachtige manier en zodanig dat je nog wel begrip hebt voor hem. Haar vader Mitch zie je in de gestalte van Eddie Marsan, die je al zag in topfilms zoals Happy go Lucky en 21 Grams. Hij speelt moeiteloos een geloofwaardige vader, zonder teveel schaduwkantjes.
Met behulp van een paar rake quotes en dromerige scènes, zie je dat de regisseur tracht een midden te vinden tussen het rauwe en het zachte. Het is duidelijk dat ze ook de nabestaanden wilde sparen van kritieken of snedige momenten. De documentaire Amy in die tijd was veel scherper.

Toch, ik zat niet te wachten op een harde, tragische biopic, waarbij nog levende kennissen aan de schandpaal worden genageld. Ik verwachtte wel goed afgestelde muziek en een biopic die ook ergens eerlijk is. Als je dan toch iets vertelt over iemand die iedereen kent, dan moet je het ook durven laten zien, en er geen (semidonker) sprookje van maken.

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.

search previous next tag category expand menu location phone mail time cart zoom edit close